We verlaten Rusland en komen zo’n 30 uur later aan in de hoofdstad van Mongolië. Hier verandert onze Transsiberië Express trein in de Transmongolië Express. Als we Ulaanbaatar binnenrijden in de ochtendmist, doemen de gers (Mongoolse tenten, de huizen van nomadenfamilies) op tussen de groene heuvels. In de buitenwijken van de hoofdstad staan de gers en stenen huisjes kriskras door elkaar. Net alsof er in elke Amsterdamse achtertuin een tent zou staan waarin een complete familie woont, een ongewoon gezicht.
Ulaanbaatar is een stuk dynamischer dan we ons hebben voorgesteld. We treffen een bizarre mix van oude tempels, Sovjetstijl flatgebouwen, moderne pleinen en glinsterende glazen torens in het hart van de stad, omgeven door weelderige heuvels. Een groot contrast met de Mongoolse steppe die we later zullen ontdekken.