Zuid-Vietnam; City life, River life & Beach life – Ho chi Minh, Mekong Delta & Phu Quoc

Ho Chi Minh, Mekong Delta en Phu Quoc

We komen aan in Ho Chi Minh City, veruit de grootste stad in het zuiden van Vietnam. Tot 1976 heette de stad Saigon, maar na de oorlog werd het vernoemd naar Vietnams overleden leider Ho Chi Minh. Enerzijds een typisch Aziatische metropool vol toeterende weggebruikers en kris-kris-crossende scooters. Maar het is er schoner, een tikkeltje minder hectisch en ruimer dan in de hoofdstad Hanoi.

Oorlogsjaren in Vietnam

Tijdens een reis door Vietnam word je vroeg of laat geconfronteerd met de Vietnam Oorlog die heel Zuidoost-Azië in zijn greep hield. In een notendop; de oorlog begon in 1959, vijf jaar nadat Vietnam in tweeën was gedeeld en Noord-Vietnam een communistische regering o.l.v. leider Ho Chi Minh had, terwijl zuid-Vietnam een democratische regering kende o.l.v. Ngo Dinh Diem.
Ho Chi Minh wilde het land herenigen onder de vlag van het communisme en lanceerde een guerrilla campagne in het zuiden. De USA mengde zich op dit punt in de strijd omdat ze de verspreiding van het communisme wilden stoppen (en uiteraard nog een handvol economische redenen) en hielp het zuiden om Ho Chi Minh’s guerrilla’s te bevechten.
In 1964 werd een Amerikaans schip getorpedeerd door Noord-Vietnam en dit werd de aanleiding voor Amerika om zich geheel tegen het noorden te keren. De omslag kwam in 1968 toen Noord-Vietnam door middel van enkele goed geplande acties grote winsten behaalde op het zuiden en de USA (Tet offensief). Op dit moment werd voor het Amerikaanse volk duidelijk dat de USA niet aan de winnende hand was en kon president Lyndon Johnson weinig anders dan zeer langzaamaan zijn troepen weghalen uit Vietnam. In 1974 werd een vredesovereenkomst getekend in Parijs. Noord- en Zuid-Vietnam vochten nog even door maar in 1975 werd Saigon (Zuid-Vietnam) veroverd en kreeg Ho Chi Minh -ook al was het na zijn dood- het voor elkaar om het land onder de communistische vlag te herenigen.

Overal in Vietnam kom je nog veel sporen tegen van de oorlog, die hier ‘Amerikaanse oorlog’ wordt genoemd. Je kunt oorlogsmusea en parken bezoeken waar tanks, Chinooks en gevechtsvliegtuigen staan opgesteld die je zo mag beklimmen.

City life in Ho Chi Minh

In Ho Chi Minh City bezoeken we het oorlogsmuseum, met schokkende fotoreportages over Agent Orange; de chemicaliën die de Amerikanen per vliegtuig over Vietnam verspreidden en waardoor er vandaag de dag nog steeds verminkte mensen rondlopen, nakomelingen van de slachtoffers. En het Independence Palace, waar de oorlog officieel ten einde kwam toen de Noord-Vietnamezen een tank door de hekken van het paleis reden en de ‘Val van Saigon’ (de val van het democratische zuiden) een feit was.
En verder… kun je heerlijk stappen in ‘Saigon’ en concentreert het reizigers-uitgaansleven zich rondom enkele straten waar wij heel toevallig verblijven, kun je shoppen tot je erbij neervalt op de lokale markten, nemen we een kijkje op het duizelingwekkend hoge Skydeck waardoor de grootte van deze miljoenenstad pas echt tot ons doordringt en kunnen de Rotterdamse Markthal en de Amsterdamse Hallen een puntje zuigen aan de trendy Aziatische voedselmarkt die je treft in de binnenstad. Ho Chi Minh City ontwikkelt zich tot een moderne hotspot, waar je niet alleen het heftige verleden maar ook het hippe heden kunt beleven.

River life in de Mekong Delta

We reizen af naar de Mekong Delta, nog een stukje zuidelijker gelegen. Dit is het gebied waar de rivier de Mekong met een net van zijtakken (die met kanalen zijn verbonden) in de Zuid-Chinese Zee uitmondt. De delta is door sedimentatie ontstaan en breidt zich jaarlijks uit met ongeveer 80 meter. Het gebied omvat een oppervlakte van 39.000 vierkante kilometer en hier wonen miljoenen mensen in de steden of in woonboten op het water. Tijdens ons bezoek aan de delta maken we een boottocht langs ‘drijvende markten’ (mensen verhandelen hun waar vanaf bootjes), door ongerepte natuur en langs kleine dorpen die alleen per boot bereikbaar zijn. Het is indrukwekkend om een kijkje te nemen in het dagelijks leven van de delta-bewoners die zoveel mogelijk op, in en van de machtige Mekong rivier leven.

Beach life op Phu Quoc Island

Onze laatste stop in Vietnam ligt helemaal in het uiterste zuiden van het land; het eiland Phu Quoc. Een idyllisch oord op 1,5 uur varen vanaf de kust. Paradoxaal is dat juist hier, op dit ‘bounty-stranden-eiland’, het grootste gevangenenkamp van Zuid-Vietnam was gevestigd gedurende de oorlog en dat vreselijke martelingen er onderdeel waren van de dagelijkse routine.
De gevangenen zijn vandaag de dag verruild voor toeristen die hier komen om met een cocktail in hun hand te genieten van de zonsondergang aan het strand.
Toch kampt Phu Quoc daardoor met een nieuw probleem; veel Aziatische landen hebben grote moeite met de verwerking van het afval dat massatoerisme met zich meebrengt. Vietnam is geen uitzondering, zagen we al eerder tijdens onze reis. Op een slechte dag, als de wind in de baaien de plastic flessen niet meevoert naar open zee, dobbert het afval massaal voor de kust van het paradijselijke Phu Quoc. En dat is dan wel weer pijnlijk om te zien…

We laten het eiland achter ons en zetten vervolgens koers naar Cambodja! Lees onze avonturen aldaar in onze volgende blog!